Het blijft moeilijk, de verhouding tussen het Ramplaankwartier en de bomen in de buurt. Het begon eigenlijk al met de Holle Boom bij Kraantje Lek. Hier zouden volgens oude overleveringen kleine Haarlemmertjes uit voortgekomen zijn. De boom was echter ziek en moest verdwijnen!
Uiteindelijk werd zijn verscheiden weer goed gemaakt door een bronzen remplaçant. Dit betekende geen klimmende- of schreeuwende koters meer, want brons verandert in de zonneschijn in een grill en om gebakken ‘kinderlingen’ zit Kraantje Lek echt niet te springen.
Maar er gebeurt meer op bomengebied in de buurt!
Er staat een rode beuk die druk bezig is het huis van de bewoonster waarvoor hij staat opzij te dringen. Er werd dus een kapvergunning aangevraagd. En daarop rukte de BOOMBESCHERMING uit! Aan het hoofd hiervan staat Mevrouw Prins, die vergezeld van andere boomfanaten onmiddellijk op inspectie ging. En het hieruit voortvloeiende rapport was vernietigend. Waar zij haar inspectietocht begonnen is weet ik niet, maar ik vrees vanuit Het Wapen van Kennemerland. Overal ontwaarde zij verzakte huizen, gescheurde gevels en bijna ingestorte bouwvallen. De oorzaak lag bij de van oorsprong tuinbouwgrond en het grondwater die voor verzakkingen en andere ellende zorgden. Het Rode Kruis werd nog net niet ingeschakeld om een tentenkamp op te slaan. Nu loop ik al bijna 40-jaar met mijn hondjes door de buurt en ik moet tot mijn schande bekennen dat ik van al die rampspoed nooit iets heb gemerkt. Waarschijnlijk ten gevolge van buurtdeformatie, want je went na zoveel jaren natuurlijk aan al die ellende om je heen.
Wel werd mij nu duidelijk waarom ik telkens weer in ‘de spleet rol’ tussen de matrassen van mijn lits-jumeaux. Een horizontale slaapkamervloer wordt mij door deze aardverschuivingen ontzegd!
Ook bemerk ik een gevoel van angst bij medebewoners! Kan ik nog wel gewoon slapen? Heb ik niet teveel betaald voor misschien wel een ruïne?
Boomdeskundige van de buurt Mark Helsloot merkte terecht op dat in de voortuinen in de buurt een behoorlijke kaalslag heeft plaatsgevonden.
Dat klopt, maar laat hij in deze ook de achtertuinen niet vergeten.
Groen heeft hier plaatsgemaakt voor serres, keukenuitbouwen, badkamers en speelruimten voor kinderen.
Voortuinen zijn veranderd in speelplaatsen met als blikvanger een trampoline. Men kan veel zeggen, maar dat is absoluut niet het geval met de tuin waarin de beuk staat. De uitdrukking dat hier groen verloren gaat, slaat ook nergens op. De beuk is rood en de tuin is rijkelijk met groen bedeeld. Trouwens de niet altijd even fraaie dak-opbouwen van de achterburen, snakken toch zeker ook wel eens naar zonlicht? Nu staat die beuk dit behoorlijk in de weg. En wat te denken van de dure net aangebrachte zonnepanelen? Zo’n beuk verhindert nu toch maar het optimale rendement hiervan.
Mevrouw Prins wist ook te melden dat zo’n boom steun geeft aan het fundament en dit zelfs optilt! Juist omdat hij doorgroeit. Maar daar maak ik mij toch wel bezorgd over. Stel hij groeit door, dan zitten we straks met een torenflat in de wijk.
Mark Helsloot achtte het ook een goed idee om op de trottoirs tot het plaatsen van bomen over te gaan. Hier vrees echter ik met grote vreze!
Het aantal auto’s is in de buurt aanzienlijk toegenomen en een ondergrondse parkeergarage onder het koeienpaadje lijkt mij geen oplossing. Trouwens door de buurt lopend is te bemerken dat bejaarden wel een 4-wheel drive rollator mogen hebben, want hier en daar zijn de trottoirs amper begaanbaar geworden. Dit door oneffenheden, opspringende tegels en kuilen veroorzaakt door boomwortels.
Waarschijnlijk is de beuk in het verleden vol liefde, maar impulslief geplant, zonder te realiseren hoe het groeiproces zou verlopen. Dit ziet men ook vaak bij de aanschaf van huisdieren.
Maar kritiek is makkelijk geuit, hier is een oplossing vereist. Lenie ’t Hart raadde mij aan de boom te vangen, in quarantaine te plaatsen en daarna los te laten in de Haarlemmer Hout. Waar hij ook hoort!
Een andere oplossing is Kees Verkade een exemplaar in brons te laten vervaardigen. Als de tegenstemmers van kappen en de Bomenwacht hiervoor een bijdrage, uiteraard naar draagkracht, willen offeren lijkt mij dat het hele probleem uit de wereld geholpen is.
Rozen verwelken, mensen vergaan, maar een beuk moet blijven bestaan? Dit bedenkend laat ik blijmoedig mijn hondjes uit en geniet van de geur die vrijkomt uit de schoorstenen in de buurt. Het gevolg van onfortuinlijke boomgenoten die hun einde vinden in allesbranders, houtkachels en open-haarden. Mijn hondjes zal dit alles trouwens worst zijn. Dan maar wat minder de poot opgetild!
Wim Bitter
(NB redactie: Wim Bitter is schrijver van het boek ‘Ramplariekoek’)
Speak Your Mind